5 JULI 2020 – VIERDE ZONDAG NA PINKSTEREN.

DE GENEZING VAN DE KNECHT VAN DE ROMEINSE HOOFDMAN.

Mattheüs 8:5-13

 

“Toen Jezus Kapernaüm binnengegaan was, kwam er een hoofdman over honderd naar Hem toe, die Hem smeekte: Heere, mijn knecht ligt verlamd thuis en lijdt hevige pijn. En Jezus zei tegen hem: Ik zal komen en hem genezen. De hoofdman antwoordde en zei: Heere, ik ben het niet waard dat U onder mijn dak komt; maar spreek slechts een woord, en mijn knecht zal genezen zijn. Want ook ik ben een mens onder het gezag van anderen en heb zelf soldaten onder mij; ik zeg tegen

de één: Ga! en hij gaat; en tegen de ander: Kom! en hij komt; en tegen mijn slaaf: Doe dat! En hij doet het. Toen Jezus dit hoorde, verwonderde Hij Zich, en zei tegen hen die Hem volgden: Voorwaar, Ik zeg u: Ik heb zelfs in Israël zo'n groot geloof niet gevonden. Maar Ik zeg u dat er velen zullen komen van oost en west en zij zullen aan tafel gaan met Abraham, Izak en Jakob in het Koninkrijk der hemelen, en de kinderen van het Koninkrijk zullen buitengeworpen worden in de buitenste duisternis; daar zal gejammer zijn en tandengeknars. En Jezus zei tegen de hoofdman: Ga heen, en het zal u gaan zoals u geloofd hebt. En zijn knecht is gezond geworden op datzelfde moment.” 

Het gebeurde maar zelden dat mensen God vreugde brachten. De hemel verheugt zich wanneer een zondaar terugkeert; maar de vreugde die de honderdman van Kapernaüm Jezus bracht, is van een heel andere orde. Hij was een Romein, maar ondanks dat koesterde hij het geloof in de ene God van Israël en in de Messias die de Joden verwachtten.
Als Romeins hoofdman schoof hij de trots op zijn uniform terzijde, schoof hij de toen geldende opvatting ten aanzien van slavernij terzijde, en zie hem nu: hij laat Jezus iets nieuws zien – de liefde voor de medemens. Maar niet enkel het gebed, niet enkel de liefde voor de medemens, maar ook het geloof dat Gode waardig is. De Romeinse honderdman herkende Jezus als God. De Joden konden dat niet.
Dat verbaasde Jezus en dat bracht hem vreugde. [...]
Laat ons deze Romeinse honderdman dankbaar zijn voor het feit dat hij ons een voorbeeld van geloof en zuiverheid van de ziel heeft gegeven. Laat ons hem dankbaar zijn voor het feit dat er in plaats van ons toch iemand gevonden werd die Jezus vreugde kon brengen. Er waren ook anderen: Martha en Maria, de zusters van Lazarus; met Lazarus was hij bevriend. Hij had ook andere Lazarussen, en tegen het einde brachten de wijze woorden van de rover aan het kruis Hem vreugde.

Ik merkte dat telkens als iemand Jezus vreugde bracht, Hij in Zijn geest opveerde. En Hij zei dingen die betrekking hadden op het toekomstige leven. Dit gebeurde ook die keer toen de honderdman Hem verblijdde. Op dat moment onthulde Jezus het lot van de Joden die, ofschoon zij als eersten tot het Koninkrijk Gods geroepen waren, tot het einde der wereld als laatsten zouden overblijven.

Maar als wij, christenen, ons vóór hen bevinden, dan kunnen we dit enkel zo houden door te geloven naar het voorbeeld van de honderdman.

 

Fragmenten uit: Vader Arsenie Boca - "Levende woorden", Uitgeverij Charisma, Deva, 2006, pp. 101-102.

 

 

 

Gastenboek

Laat een bericht achter in ons gastenboek!

gastenboek

Ga naar boven